Aflevering 6: Goochelen, James Randi en Char(latans)
Dennis had er een, ik had er een, mijn zoon heeft er een, zelfs Hans Klok had er een: een goocheldoos. Met daarin minstens een toverstaf, een touw en een set speelkaarten. En iedereen had wel een opa of oom die een muntstuk achter je oor vandaan haalde.
De meesten van ons stoppen na de basisschool met goochelen. Anderen niet. Hans Klok, Hans Kazan, Fred Kaps, zij werden Nederlandse topacts. En als zij bezig gaan, dan boeit dat. Hoe doen ze het toch? Van een konijn uit de hoge hoed tot het in tweeën zagen van een leuke dame: steeds weer kan de toeschouwer geboeid kijken naar de trucs die goochelaars en illusionisten laten zien.
En niet alleen vandaag de dag. Goochelen is iets van alle tijden. Waarschijnlijk is het ook waar dat de mens bedrogen wil worden. Mundus Vult Decipi, ergo decipiatur, aldus Pretonius. Magisch denken betekent ook dat de zintuigen ons bij de neus nemen. Een rad voor de ogen draaien. Een oor aannaaien. Met twee monden spreken zelfs?
Maar goochelen gaat vooral over illusie, vingervlugheid, spiegels, ontsnap- en verdwijntrucks. Uiteindelijk is het niet meer dan vermaak. Zie ook de oorsprong van het woord goochelen uit het Latijn ioculari (grappen maken). Onze woorden jokken, joke, jongleren, guychelen schuren tegen die betekenis aan. En als we het toch over taal hebben: de woorden hocus pocus pilates pas, die menig goochelaar uitspreekt, schijnen een historische oorsprong te hebben.
Maar sommige proberen zichzelf te verrijken of in de kijker te spelen. De goochelaar James Randy was daar een fervent tegenstander van. Hij bestreed de nepperij van Uri Geller, religiefantasten, charlatans als Char (voor wie een video wil zien over haar werkwijze, hier is een link) en uiteindelijk iedereen die anderen geld probeerde afhandig te maken door middel van zwendel, zoals met god spreken of het hiernamaals, of met de doden. Waarom had hij moeite met de neppers? Omdat ze anderen iets afhandig maakten of omdat ze iets zeggen te kunnen wat ze niet kunnen.
Waarom werkt het? Dat goochelaars en en illusionisten ons bij de neus kunnen nemen? Dat heeft te maken met het gemak waarmee zintuigen om de tuin geleid kunnen worden. Goedgelovigheid, dat kan het ook zijn. In het geval van de oplichterij van de Chars van deze wereld is het ook de wil / wens dat iets waar is wat een ander voorspiegelt. Nog een reden? Verrast willen worden door het plotselinge verschijnen of verdwijnen van een voorwerp of een levend wezen.
Ik kijk graag naar filmpjes waarin de blindheid voor verandering voorkomt. Zoals in dit voorbeeld waarin iemand een onbekende de weg vraagt, dan een een bord langs komt, of iemand achter een balie verdwijnt, waarna een ander het overneemt. De meeste mensen kijken niet goed; vermoed wordt dat het niet kijken een gevolg is van onze hersenen, die zo voorkomen dat we overbelast raken door een overdaad aan informatie.
Wanneer een goochelaar wat verder gaat, en grote acts op de bühne doet, spreken we van een illusionist. Hans Klok is zo iemand, en ook Siegfried en Roy die het met dieren deden. Die laatste twee leven sinds kort niet meer, maar niet omdat ze stierven op het podium. Dat kan wel gezegd worden van Chung Ling Soo. Hij stierf tijdens zijn act waarbij hij een kogel opving.
Een van mijn goochelhelden, Tommy Cooper, stierf ook op het podium. Het rare van zijn verhaal is wel dat mensen dachten dat zijn sterfscène deel van de act was.
Sommige illusionisten brachten het er ternauwernood levend vanaf. De reeds genoemde Randy James en zelfs de grote Houdini, de meester van de verdwijntruc, stierven bijna tijdens hun act.
De conclusie die we kunnen trekken? Goochelen is niet zonder risico’s.
Heb je de podcast nog niet beluisterd? Doen. Wij vertellen over goochelaars en en zwendelaars.
Zet je koptelefoon op, sluit je ogen, en luister naar ons verhaal.
Dat kan hier op de site maar je kunt ook naar Lekker Uitgelegd luisteren in je podcast app of op Spotify en iTunes (Apple podcasts).
Vind je de podcast leuk? Laat het weten en, belangrijker nog, vertel het verder!